Selecteer een pagina

Om 14.00, dat is over een kwartier, heb ik hier een tekst staan van zo’n 300 woorden, publicabel of niet. Afgelopen zondag geleerd van Kamagurka tijdens Zomergasten, dat je jezelf moet confronteren met dwingende deadlines wil je iets creatiefs uit je vingers krijgen. En zeker nu, nu alles rondom mij en in mij is stilgevallen. Hopelijk wekt het de woorden die nu nog slapen in mij.

Het is nu dus kwart voor 2 ’s middags op een dinsdag aan het eind van de zomer. Mijn collega’s zijn hard aan het werk op kantoor. Zelf zit ik sinds een tijd thuis met burn-out klachten, waarvan de belangrijkste een intense, alles overstemmende vermoeidheid is. Van ’s ochtends als ik opsta tot als ik me weer naar bed sleep ’s avonds; de zwaartekracht trekt voortdurend aan me en mist vult mijn hoofd. Als gevolg daarvan ben ik regelmatig somber en weet ik niet meer wie ik ben, ben geweest of worden zal. Wat is mijn verhaal?

Drie fases van stilte

Vanochtend op mijn ochtendwandeling luisterde ik naar een interview met Mirjam van der Vegt. Zij heeft zelf ook een burn-out gehad en schrijft sindsdien over rust en stilte. Ze legde uit dat stilte niet zo makkelijk of weldadig is als mensen vaak denken. Ze onderscheidde, in navolging van de heilige Benedictus, verschillende fases van stilte: herademen (bijkomen van het drukke leven), struikelen (je komt de onrust tegen, de vragen, de angst) en bemind zijn (in deze fase gaat het om wat je (van God) mag ontvangen, in plaats van wat jijzelf probeert te (be)grijpen).

Struikelen

Mijn burn-out is één grote stilte en op dit moment verkeer ik in de fase van het struikelen. Ik struikel erover dat het langer duurt dan ik had verwacht. Dat ik niet precies weet waardoor het zo is gekomen en hoe ik het straks weer voorkom. Ik struikel dagelijks over mijn doelgerichtheid als ik weer eens te veel wil op een dag, of over mijn goede voornemens wanneer ze opnieuw te ambitieus bleken. Nee, ik kan nog niet hardlopen nu, ook niet als ik het langzaam opbouw. En ook aan die 10.000 stappen kan ik maar beter niet beginnen. Ik hoef ook niet elke week tenminste 1 boek uit te lezen, of op een andere manier te proberen hier toch nog enig nut uit te persen.

Ik word voortdurend bepaald bij mijn overlevingsinstincten: een enorme gedrevenheid en wil om zaken voor elkaar te krijgen. Maar juist tijdens deze burn-out ben ik hierbij niet gebaat. Ik onthield, uit een andere podcast, de volgende wijze woorden: ‘De karaktereigenschappen die je in een burn-out hebben gekregen zijn waarschijnlijk de laatste om je eruit te helpen’.

Oefenplaats

Op eigen kracht bereik ik momenteel niets. Het enige wat ik kan doen is wachten, hopen, vertrouwen op wat er tot me zal komen. En dan helpt het om mijn burn-out te zien als een stilte die fases kent. Het geeft me hoop dat de volkomen richtingloosheid die ik nu dagelijks ervaar erbij hoort. Dat deze fase niet voor niets is, maar dat ze een oefenplaats kan zijn voor overgave.

Ik mag herademen, struikelen en opnieuw herademen en struikelen. Om me dan, bij vlagen, bemind te weten. In de hoop dat van daaruit een begaanbaar pad zal ontstaan. Een pad dat ik niet zelf hoef te bevechten, maar dat zich zal ontvouwen. En dat, zo hoop en vertrouw ik dan, precies goed zal zijn voor mij.